85  At
 Astaat 

 

Voorkomen
Naam
Ontdekking
Bereiding vroeger
Bereiding nu
Toepassingen en toelichting

 

 

 

VOORKOMEN

Ongeveer 3.10-24 % van de aardkost (tot 16 km diepte) bestaat uit astaat; het is daarmee het meest zeldzame element dat in de aardkorst voorkomt. De totale hoeveel­heid die in de natuur aanwezig is, wordt geschat op slechts 44 mg. De voornaamste isotoop is 219At. Alle isotopen zijn radioactief.

219At (halveringstijd 54 sec) wordt in de natuur - in uiterst kleine hoeveelhe­den - gevormd bij de radioactie­ve verval­reeks van 235U:

(0,004%)     (97%)

Bij andere vervalreeksen wordt ook - in nog kleinere hoeveel­he­den - 215At (t˝ = 1.10-4 sec), 216At (t˝= 3.10-4 sec), 217At (t˝ = 0,0323 sec) en 218At (t˝ = 2 sec) ge­vormd.

NAAM

De naam, die 7 jaar na de ontdekking door de ontdek­kers werd gegeven, komt van het Griekse woord astatos (insta­biel), vanwege het instabiele karakter van alle astaat-isotopen.

ONTDEKKING

Astaat (211At) werd in 1940 'ontdekt' door D.R. Corson, K.R. MacKenzie en E. G. Segrč aan de Berkeley-University in Californië. 211At is zeer instabiel. De halveringstijd bedraagt 7,21 uur.

 

In hetzelfde jaar ontdekten W. Minder, H. Hulubei en Y. Cauchois een astaat-isotoop tussen de ontledingspro­ducten van radon. Inmiddels zijn er 24 isotopen van astaat bekend. De grootste hoeveelheid die in eenmaal is geďsoleerd bedraagt 50 mg.

BEREIDING VROEGER/NU

Astaat werd voor het eerst bereid door 209Bi met alfa-deeltjes te beschieten in een cyclotron:

                     

 

Ook alle andere isotopen van astaat zijn instabiel. S­lechts een paar isotopen hebben een halfwaardetijd van meer dan 1 uur: 207At, 1,8 uur; 208At, 1,63 uur; 209At, 5,4 uur en 210At, 8,3 uur en 211At, 7.21 uur

Tengevolge van de grote instabiliteit zijn nooit substantiële hoeveelheden astaat geďsoleerd De orde van groot­te ligt in enkele honderdsten van micro­grammen. De grootste con­cen­tratie van een waterige oplossing van astaatver­bindin­gen bedroeg ongeveer 10-8 M.

TOEPASSINGEN

Astaat wordt soms toegepast als tracer. De concentratie van de gebruikte oplossingen bedraagt slechts ca. 10-11 - 10-15 M. Astaatisotopen worden, evenals jood, geconcentreerd in het groeihormoon dat in de schild­klier wordt geprodu­ceerd. Zij kunnen zowel voor diagnostische doel­einden als voor therapeu­tische (bestraling kwaadaardige gezwellen) worden gebruikt.